West-Vlaanderen staat in België bekend als dé land- en tuinbouwprovincie. Begin 19de eeuw wordt Midwest nog gekenmerkt door kleine familiebedrijfjes aangevuld met huisnijverheid. Enkele landbouwcrisissen en steun vanuit de overheid stimuleren nieuwe ontwikkelingen. Intensieve armoede-industrie, zoals cichorei, maakt plaats voor grote voedingsbedrijven en brouwerijen.
Na WOII volgt een verdere schaalvergroting en mechanisering. In 1942 opent de REO veiling in Roeselare. Om de opbrengst te verhogen schakelen landbouwers over op glastuinbouw. De vele serres typeren vandaag nog steeds het landschap. Enkele slimme ondernemers experimenteren verder binnen de industriële groententeelt en worden zo wereldspeler op vlak van diepvriesgroenten, maar bijvoorbeeld ook landbouwmachines.
De regio zet sterk in op voeding en smaak, met toprestaurants en internationaal bekende dranken. Ondersteunende onderzoekscentra hebben een focus op de voedingsindustrie. En vele bedrijven hebben een vandaag nog steeds een link naar de landbouwsector.
