In de kijker: Michels Filmmuseum

Hoe ben je gestart met Michels Filmmuseum?

Michel: In 2002 heb ik het gebouw aangekocht. Ik was vroeger zelfstandige in de dak- en timmerwerken en ik was met vervroegd pensioen. Mijn kleine verzameling van filmprojectoren groeide gestaag aan en ik had toch wat extra plaats nodig. Dit gebouw stond al enkele jaren leeg. Vroeger was het eigendom van het vervoersbedrijf Grimonprez, zij stonden in Roeselare wel bekend als de firma die het duiventransport richting Frankrijk regelde. Later had één van de zonen van de familie hier een garage. Waar nu ons filmzaaltje is, zat vroeger een smeerput. Dat filmzaaltje heb ik eigenlijk een beetje voor mijn kleinkinderen gebouwd, ik kocht dan dvd’s en projecteerde ze. Ze waren zo ‘preus’ dat ze een opa met een cinema hadden (lacht).

En Bernard, hoe ben jij hier beland?

Bernard: Ik heb eigenlijk heel mijn loopbaan bij de VRT gewerkt, in het filmarchief. Mijn vrouw en de neef van Michel zaten samen in het koor. Zo kwam het mij ten ore dat er ‘daar in Roeselare één is die een filmzaaltje bouwt’. Een jaar laten hebben we elkaar dan ontmoet, we zaten direct op dezelfde golflengte.

Hoe verdelen jullie hier de taken?

Bernard: Michel regelt alles voor het gebouw en de collectie. Ik houd me meer bezig met de rondleidingen.

En wat heeft bij jullie de liefde voor film aangewakkerd?

Michel: Als jong kind ging ik 2 à 3 keer naar de cinema. Vroeger waren er vier bioscopen in Roeselare: de Pax, de Rex, de City en de Nova. Toen ik zeven jaar was vond ik een toestelletje langs de straat. Enkel het kistje, ik knutselde het met Meccano-onderdelen tot een projector ineen en zo kon ik er dan 35mm-filmpjes mee bekijken. Voor mij blijft dit een speciaal stuk uit de collectie.

Bernard: Ik had m’n eerste toestelletje als ik 5 jaar was. Later werkte ik als ‘operateur’ in Cinema Alpha in Pittem en daarna ging ik dus naar de VRT. Ik heb 35 jaar aan dezelfde montagetafel gewerkt: daar kon ik 16mm-filmpjes op maken en ook restaureren. Die montagetafel maakt nu ook deel uit van de collectie, dat is wel bijzonder. In feite heb ik tijdens mijn carrière de hele evolutie van stomme film tot digitalisatie meegemaakt. Mijn leven is film.

Waar vonden jullie al deze mooie stukken terug?

Michel: In het begin kwamen de stukken vooral uit cinema’s die failliet gingen en schuimden we de rommelmarkten af. Vroeger moest je echt zoeken naar de historische projectoren, nu brengen ze deze al tot aan de deur. Nu bestaat de collectie uit ongeveer 1800 stukken, er bestaat een inventaris van. Het duurste stuk is een prototype geschonken door de firma Barco. De kostprijs is 400.000 euro, de prijs van een villaatje.

Wat is jullie favoriete stuk?

Bernard: voor mij is dat de P50, een projector met booglamp van de toonaangevende Italiaanse projectorbouwer Prevost, gemaakt in de periode 1954-1956. Jaren geleden werkte ik mee aan een evenement dat het Huis van Alijn (Gent) organiseerde: een dag waarop ze 8mm-filmpjes verzamelden die dan gedigitaliseerd zouden worden. Daar ontmoette ik een man die lesgaf in het college van Melle. Hij vertelde me dat dit toestel daar weg moest omdat het niet meer werkte. We zijn het toestel dan gaan halen en de firma Prevost heeft ons alle schema’s bezorgd zodat we het toestel konden restaureren. Daar in Italië zijn ze heel blij dat er opnieuw een werkend toestel is uit die periode!  

Michel: ik kies voor de Victoria 18. Dit is een zeldzame filmprojectorcombinatie waar 35mm én 70mm-film mee kon geprojecteerd worden. Bovendien kon men hier films van 1,5 uur mee vertonen. Er zijn maar enkele van deze toestellen verkocht, omdat het te groot was voor de meeste projectieruimtes. Dit toestel is van 1973.

Hoe zien jullie de toekomst?

Dat is moeilijk. Het is natuurlijk een privéverzameling, met veel geschonken stukken. Moest deze collectie zich in Frankrijk bevinden, dan was het geen probleem: er zijn daar heel veel cinefielen. Hier is dat toch anders, maar we hopen toch dat er iemand interesse heeft om het later over te nemen zodat al deze unieke stukken niet op de container belanden. Normaal komen hier 5.000 mensen per jaar op bezoek. Door de COVID-pandemie ligt alles nu stil, maar we hopen na de zomer terug te kunnen opstarten.

Geïnteresseerden kunnen contact opnemen met Michel Remaut.

 

Bezoek de website van Michels Filmmuseum

Foto's